Handel in softdrugs als wiet en hasj is bij wet verboden. Om schade voor de volksgezondheid te beperken en om de overlast en criminaliteit samenhangende met het gebruik van en de handel in softdrugs te bestrijden. De verkoop van softdrugs vanuit een coffeeshop is toegestaan mits deze verkooppunten zich houden aan strikte voorwaarden. Alleen ‘ingezetenen van Nederland’ mogen in een coffeeshop komen en er verdovende middelen kopen. Onder ingezetene wordt verstaan: iemand die in een Nederlandse gemeente woont en staat ingeschreven. Daarnaast gelden de zogenaamde ‘AHOJG-criteria’. Coffeeshops mogen geen reclame maken (Affichering), geen harddrugs verkopen (H), geen overlast opleveren (O), niet verkopen aan jeugdigen (J) en geen grote hoeveelheden per transactie verkopen (G).

Deze voorwaarden zijn in de loop van de jaren steeds verder aangescherpt. Dit kan zowel strafrechtelijk als bestuurlijk grote problemen opleveren. Naast een strafrechtelijke veroordeling kan een weigering van een Verklaring Omtrent Gedrag volgen en kan men de vereiste vergunningen niet aanvragen. Daarnaast kan er via de bestuursrechtelijke weg een (tijdelijke) sluiting worden opgelegd. Tot slot is de wetgever –onder internationale politieke druk- er nog altijd niet in geslaagd de achterdeur, de bevoorrading van de coffeeshop, goed te regelen. In de jurisprudentie is evenwel een lijn te ontdekken die het voor de coffeeshophouder mogelijk maakt er een handelsvoorraad op na te houden. De strafrechtspecialisten van Lodge Advocaten zullen met u meedenken over de best mogelijke juridische verweren. Op die manier kan een veroordeling, een te hoge straf of onnodig financieel nadeel worden voorkomen.

Terug